Deel 2: Update programmalijnen

Serie beknopte updates van de vijf lijnen van het programma Uitkomstgerichte zorg: inzicht in uitkomsten; samen beslissen; organiseren en betalen; ICT en toegankelijkheid en leren en veranderen (veranderaanpak). De trekkers van deze onderwerpen komen kort aan het woord in een video of worden live geïnterviewd in de studio. Daarna deelt Kirsten Veenstra (orthopedisch chirurg, St. Maartenskliniek) haar ervaring over leren van uitkomstinformatie en wordt een aantal vragen van deelnemers beantwoord.

(Er verschijnt een lopende lijn in beeld die zich als een organigram opsplitst in vertakkingen met diverse icoontjes en teksten. Beeldtekst: Inzicht in uitkomsten. Samen beslissen ICT en toegankelijkheid Organiseren en betalen Leren en veranderen)
(Marcel Brosens:)

Welkom terug.
We gaan door met het tweede blok van deze conferentie.
Wat we nu gaan doen, is heel snel de vijf onderwerpen,
of voor de insiders, de vijf lijnen van het programma
'Uitkomstgerichte Zorg' in,
en dat doen we afwisselend met een kort interview
of met een filmpje en we beginnen meteen met het eerste onderwerp.
Dat is 'Inzicht in Uitkomsten'.
We kijken naar een filmpje met Ingrid Maas,
de trekker van dat onderwerp.

(De hoofdingang van het Maastricht UMC+. Marieke Pierik:)

Ik ben Marieke Pierik.
Ik ben maag-, darm-, en leverarts in het Universitair Medisch Centrum,
van Maastricht.
IBD is een chronische ontstekingsziekte
van je maag-darm-slijmvlies, met hele vervelende klachten
zoals chronische diarree en vaak ook incontinentie.

(De video wordt abrupt onderbroken door een andere. Ingrid Maas:)

(Beeldtitel: Ingrid Maas, Adviseur Kwaliteit FMS)

In het onderdeel van het programma 'Meer Inzichten en Uitkomsten',
gaan we voor 50 procent van de ziektelast vaststellen
welke uitkomsten daar heel belangrijk zijn
voor zowel de patiënt, als de zorgprofessionals,
om te leren en te verbeteren.
Dat gaan we met elkaar doen, in werkgroepen.
En dan zullen we ervoor zorgen
dat we zowel klinische als patiëntgerapporteerde uitkomst,
dat we daar een set van hebben,
die we bij alle ziekenhuizen kunnen gaan uitvragen.
Als we dan met elkaar die uitkomstensets hebben vastgesteld,
moeten wel gaan zorgen dat we ook die data goed kunnen gaan meten.
Daarvoor gaan we gebruikmaken van data uit het zorgproces.
Dit wordt aan de bron geregistreerd, lokaal,
dit zullen we ook landelijk verzamelen, analyseren en duiden.
Op dat moment heb je er uitkomstinformatie van gemaakt.
En die gaan we gebruiken voor onze verschillende doelen.
Er gebeurt al heel veel op het gebied van uitkomstgerichte zorg,
lokaal, regionaal en er zijn ook landelijke programma's,
maar iedereen doet het net even anders,
en met dit programma hopen we echt tot een landelijke set te komen
die we landelijk kunnen gaan gebruiken om zo de beste informatie,
uitkomstinformatie uiteindelijk te krijgen.
Met al die voorbeelden gaan we aan de slag
en we beginnen met vier aandoeningen.
Dat zijn de aandoeningen IBD,
alvleesklierkanker, knie-artrose en chronische nierschade.
Wat we met de uitkomstinformatie willen doen?
We proberen met het programma drie doelen te dienen.
Enerzijds, het informeren van de patiënt in de spreekkamer
over de eigen behandeling, de eigen data die wordt besproken,
en anderzijds kunnen we de patiënt in de spreekkamer informeren
over hoe een bepaalde behandeling
binnen een bepaalde patiëntengroep werkt.
Dus als je moet kiezen tussen behandelingen
dan zijn die uitkomsten relevant bij de keuze.
En dat zijn ook uitkomsten
waar de zorgprofessionals en de ziekenhuizen van kunnen leren.
En dan als laatste,
kunnen we die informatie ook gebruiken om ziekenhuizen
onderling met elkaar te vergelijken,
en dat geeft ziekenhuizen
ook informatie of ze het beter doen dan andere of niet,
en op basis daarvan
kunnen ze ook hun zorgproces aanpassen en verbeteren.
Op termijn kan dezelfde informatie ook worden gebruikt
om te kiezen tussen ziekenhuizen,
of voor zorgverzekeraars om te gebruiken bij hun inkoopproces.
Als we dit niet doen,
blijft iedereen het op zijn eigen manier doen,
en dat betekent dat de uitkomst- informatie die dat oplevert,
dat we niet goed met elkaar kunnen vergelijken
en dan kunnen we het ook niet goed gebruiken.

(In de studio staat Marcel met zijn rug naar het publiek toe.)

Dat was Ingrid Maas over 'Inzicht in Uitkomsten'.
Ik ga zo meteen door met het tweede onderwerp.
Ik zeg er nog even bij, we gaan dus heel gecomprimeerd die lijnen af.
Dat wordt eigenlijk een kwartiertje bij elkaar, vol met informatie.
Mocht je er daarna vragen over hebben en willen stellen ook
aan de trekkers van deze lijnen, want ze zijn er allemaal,
doe dat dan via de chat, zoals ik al eerder aangaf.
We gaan naar het onderwerp 'Samen Beslissen'
en daarvoor staan hier Josine van der Kraan en Evelien Janssen.
'Samen Beslissen',
wat zullen we op dat vlak doen de komende periode?
Bij 'Samen Beslissen', om dat te kunnen doen,
is het heel belangrijk om het goede gesprek
tussen de zorgverlener en de patiënt te ondersteunen.
En dat gaan we doen met zes verschillende activiteiten,
die elkaar ook versterken.
En die zes activiteiten
gaan zo meteen achter jullie op het scherm verschijnen.
Evelien, kan jij iets over de eerste zeggen?
Ja.
Er komt een landelijke sectoroverstijgende campagne
voor 'Samen Beslissen' en die campagne zet in
op gedragsverandering van patiënten en zorgverleners.
Hier staan alle zes activiteiten op een rijtje.
De campagne, we werken daarin samen met de huisartsenzorg,
de paramedische zorg en de wijkverpleging.
Dat doen we omdat mensen in de zorg te maken krijgen
met verschillende zorgverleners, op verschillende momenten,
waarop 'allemaal samen beslissen' aan de orde is.
Dus vandaar dat sectoroverstijgende karakter,
wat anders dan de andere activiteiten
binnen 'Uitkomstgerichte Zorg'.
Mooi.
- En we zijn al hard aan de slag.
De campagne gaat begin 2021 van start.
En daar zal ik als kijker thuis ook wat van merken?
Zeker.
- Oké.
Leuk, zal ik het op tv voorbij zien komen of op internet?
Er wordt op dit moment hard aan gewerkt.
Op verschillende manieren besteden we er aandacht aan.
Leuk. Josine, tweede?
- Ja.
De vindplek van keuzehulpen.
We weten dat behandelkeuzehulpen ondersteunen
bij het 'Samen Beslissen'
en in dit project gaan we dus met elkaar zorgen
dat de goede en betrouwbare keuzehulpen vindbaar, toegankelijk
en te gebruiken zijn
voor zowel ziekenhuizen en klinieken,
als voor zorgprofessionals en natuurlijk voor de patiënten.
Voor allerlei aandoeningen?
- Ja, voor allerlei aandoeningen.
Leren van elkaar.
Door gebruik te maken van elkaars kennis en expertise
willen we 'Samen Beslissen' in de praktijk versnellen,
en dat doen we door uitwisselingbijeenkomsten
en het delen van praktijkvoorbeelden
binnen ziekenhuizen voor zorgprofessionals.
We ontwikkelen ook patiëntenmodules,
dat zijn verschillende middelen en materialen
die ingezet kunnen worden in bijeenkomsten met patiënten,
georganiseerd door patiëntenorganisaties
of zorginstellingen, ziekenhuizen en klinieken.
Waarbij misschien patiëntenorganisaties,
die wat verder zijn, weer andere patiëntenorganisaties kunnen helpen
om het een en ander op te zetten?
- Zeker.
Scholing en opleiding, zie ik staan.
Zeker, ook een hele belangrijke.
Daarin gaan wij zorgen dat 'Samen Beslissen' wordt verankerd
zowel in de opleiding als in de nascholing van de zorgprofessionals,
om hen in staat te stellen om meer samen te beslissen.
Oké.
Organiseren en belonen?
Vanuit organiseren en belonen worden handvaten aangereikt
aan klinieken en ziekenhuizen om 'Samen Beslissen' te organiseren
en tevens worden handreikingen aangereikt aan zorgverzekeraars
om financiële knelpunten die bij het organiseren
van 'Samen Beslissen' aan de orde komen, op te lossen.
Ik hoorde een raakvlak met een van de andere lijnen?
Zeker. Dat klopt. Met lijn drie.
Hier ligt de focus met name op een stukje 'Samen Beslissen',
en lijn drie is echt breder op uitkomstgerichte zorg gericht.
Ook meer lijnoverstijgend.
- Oké.
Beperkte gezondheidsvaardigheden?
- Ja.
We gaan zorgen dat niet alleen binnen lijn twee,
maar binnen alle lijnen, binnen het hele programma,
de activiteiten bruikbaar zijn
voor een representatieve samenstelling van de bevolking.
En dat is dus ook voor mensen met beperkte gezondheidsvaardigheden.
30 procent van de mensen heeft moeite met het vinden, begrijpen,
het gebruiken van informatie over gezondheid.
Hiermee gaan we dus zorgen dat daar overal rekening mee gehouden wordt.
We gaan daar ook een train-de-trainer
voor ziekenhuizen en klinieken ontwikkelen
en een e-learning voor patiëntenorganisaties.
Best een hele kluif, als ik het zo bij elkaar zien.
Ik wil durf het bijna niet te vragen,
maar wat voegt dit toe
aan alle andere dingen die er misschien al op dit vlak zijn?
Ja, het is net ook al gezegd,
we willen verbinden en versterken wat er al is,
en waar nodig aangevuld met nieuwe initiatieven.
Dit doen we met elkaar, als landelijke koepel en onze achterban.
Door deze zes activiteiten goed neer te zetten,
kunnen we ervoor zorgen dat het gebruik van uitkomstinformatie
in de praktijk ook echt kan landen.
Dank je wel, Josine en Evelien.
- Graag gedaan.
Dit was 'Samen Beslissen'
en dan gaan we naar 'ICT en Toegankelijkheid'.
Voor de oplettende kijker, dat is lijn vier,
maar die doen we lekker als derde,
want dat is ook weer een filmpje, en dat wisselt lekker af.
Dus we gaan kijken naar Amely Hartgring,
de trekker van dat onderwerp.

(Marcel wacht tot de video begint. Het beeld wordt wit. Beeldtekst: wat gaat er de komende jaren gebeuren rond ICT en toegankelijkheid (lijn 4)? Amely Hartgring:)

Binnen de verschillende zorgorganisaties
wordt veel data verzameld
en we willen daar toegankelijke informatie van maken,
enerzijds om te gebruiken voor 'Samen Beslissen' in de spreekkamer,
maar ook om te leren en te verbeteren voor professionals.
En dan moet je denken aan Data Governance,
aan informatiestandaarden, aan AVG-zaken
en het zijn eigenlijk de kaders om het technische gedeelte
van het programma 'Uitkomstgerichte Zorg' mogelijk te maken.
Dat zie ik ook echt als een doel van lijn vier,
om die kaders met elkaar in te vullen.

(Beeldtekst: wat voegt dit toe aan alles wat er al elders gebeurt?)

Landelijk wordt er veel op IT-vlak ontwikkeld.
We moeten hierbij aan denken aan registratie aan de bron,
FIP, zorgevaluatie gebruik.
Al die kennis benutten we binnen lijn vier.
De regie over die IT-standaarden, je kan je voorstellen,
dat is een hele grote complexe vraag
en ik denk ook groter dan wat lijn vier nu kan oplossen.

(Beeldtekst: Hoe moeten we omgaan met IT-leveranciers?)

Zij hebben de kennis en expertise door het echt te doen
in het zorgveld, dus zij leveren al IT aan zorgaanbieders
dus we moeten hen betrekken
en we willen hen ook betrekken binnen 'Uitkomstgerichte Zorg'.

(Hoe krijg je zorgaanbieders met hun eigen IT mee?)

Het is natuurlijk fantastisch dat al heel veel zorgaanbieders
bezig zijn met uitkomstgerichte zorg.
Ze hebben daar natuurlijk ook wel in geïnvesteerd,
want ze zien ook echt dat je waarde kan halen
uit het verzamelen van data,
en dit gebruiken binnen je eigen organisatie.
Ik denk ook dat de waarde heel goed ligt,
door de data landelijk met elkaar te gaan delen.
Dan is er meer data en uiteindelijk ook meer betrouwbare informatie
voor patiënten om samen te kunnen beslissen,
maar ook om te leren en te verbeteren als eigen zorgaanbieder.

(Hoe gaat lijn 4 om met de vertraging van lijn 1?)

Door de pandemie heeft lijn één vertraging opgelopen.
Hierdoor kon lijn vier ook niet van start gaan
zoals het ooit in de planning was opgenomen.
Die tijd hebben we benut door te starten met een praktijkanalyse
samen met de werkgroep.
De praktijkanalyse houdt in dat we een verdere verdieping
hebben aangebracht rondom de eerste vier aandoeningen
en hierbij we kijken dus wat er
voor de specifieke aandoeningen al bekend is op IT-vlak.
Welke leveranciers zijn er?
Hoe wordt de data verzameld?

(Beeldtekst: wat gaat er mis als we niks doen?)

Ik zie lijn vier echt als het cement tussen de verschillende lijnen
binnen het programma en anderzijds
binnen de verschillende landelijke programma's die er zijn.
Het cement is altijd grijs, nat, en drassig.
Niet zo sexy.
Maar zonder cement is het verdomd lastig bouwen
en dat is dus echt waar lijn vier voor staat.
Technisch bouwen aan 'Uitkomstgerichte Zorg'.

(Het logo van 'Uitkomstgerichte Zorg'. In de studio staat Marcel naast een vrouw.)

Dat was 'ICT en Toegankelijkheid'.
Nu gaan we naar 'Organiseren en Betalen'.
Naast mij staat de trekker van het onderwerp Lydia Vunderink.
Lydia, wat zal er komende jaren gebeuren met organiseren en betalen?
We gaan vooral verbinden en we gaan vooral laten zien
wat er op dit moment al mogelijk is
als je uitkomstgericht wil organiseren en betalen.
Er gebeurt al erg veel.
Opvallend, je zou misschien kunnen denken,
misschien moet er wel een wet anders, het systeem zit in de weg,
mag feitelijk zeggen jullie, er zijn heel veel initiatieven.
En we willen laten zien wat die doen.
Hoeveel zijn dat er, en hoe laat je dat zien?
Hoeveel het er precies zijn, weet ik niet, maar we maakten een analyse.
We hebben 69 initiatieven geanalyseerd,
daar hebben we lessen uit getrokken.
Daarmee kunnen we verder experimenteren en onderzoeken.
Daar komen we zo op terug.
Als ik die lessen wil zien, waar kan ik de zien?
Die kan je zien op www.uitkomstgerichtezorg.nl
Daar staat het rapport waar de analyse staat
en ook de lessen die we eruit hebben geleerd.
En jullie gaan verder met experiment en onderzoek.
Ik kan me voorstellen, op plekken waar jullie nog dingen willen weten?
Ja, klopt.
Een van de dingen die we hebben geleerd,
wat je moet vasthouden, is gefaseerd inzetten.
Heel goed in gesprek zijn met elkaar,
zorgverzekeraar en aanbieder, wat wil je nu echt?
Wat is de gemeenschappelijke definitie over kwaliteit?
Wat zijn de indicatoren die je wil gebruiken?
Welke stapjes kan je nemen om echt naar belonen toe te gaan?
Stapje per stapje aanpakken. Niet ineens.
Precies, de twee onderwerpen waar we nog meer over willen weten,
is hoe kan je opschalen, als je een mooi experiment hebt,
in een ziekenhuis, hoe kan je ervoor zorgen
dat het kan in meerdere ziekenhuizen
en rekening houden met beperkte administratieve lasten.
Vaak kost het ook wel wat, om dat te doen.
En het andere is, hoe hou je zicht op ongewenste neveneffecten.
Bijvoorbeeld, hoe voorkom je risico bij patiëntenselectie,
hoe voorkom je dat de kwaliteit voor andere patiënten
het onderspit delft, omdat je op een bepaalde groep focust.
Op die vlakken gaan jullie experimenteren en onderzoeken?
Stel, ik wil meedoen, hoe werkt dat dan?
Er zijn twee rondes die we zullen inrichten.
We hebben gevraagd om een subsidie beschikbaar te stellen.
Dit najaar wordt die opengesteld, een oproep ook,
als je daaraan mee wil doen,
hou de subsidieaanvraag in de gaten en bekijk het rapport
dat we hebben gemaakt, en kijk of je daarvan gebruik
kan maken om bij te dragen aan meer inzichten,
en hoe het werkt in de praktijk.
Oké.
Ik stel bij iedereen de vraag: Wat voegt dit toe aan wat er al is?
Wat hopen jullie te bereiken en toe te voegen aan wat er al gebeurt?
Er zijn die 69 initiatieven. Er zijn er nog meer.
Het idee is dat we dat nog vaker zouden doen,
dat het normaal wordt, dat je gaat belonen of betalen.
We haken in op initiatieven die er al zijn,
zoals de werkgroep bekostiging, we proberen het goed,
met elkaar te betrekken om elkaar te versterken.
Dank je wel, Lydia Vunderink.
Dit was 'Organiseren en Betalen',
en we gaan dan naar het vijfde en laatste onderwerp.
Dat is 'Leren en Veranderen', we gaan weer naar een filmpje,
van een eerder opgenomen interview met Lara en Jan.
Lara en Jan, fijn dat jullie er allebei zijn.
'Leren en Veranderen', wat gaan jullie de komende jaren doen?
Lara?
Met leren en veranderen oftewel de veranderaanpak
zoomen we in op drie werkwoorden,
op drie speerpunten, informeren, inspireren en implementeren.
En dat hebben we op de hoofdlijnen al uitgewerkt in het plan.
En dan moet je denken aan een online leerplatform, bijeenkomsten,
een ambassadeurs- en coachsclub, implementatiestrategieën.
De komende periode gaan we daar invulling aan geven en uitvoeren.
Dank. Jan?
Wat voegt dit toe aan wat er allemaal gebeurt,
want er zijn natuurlijk meer programma's
in de weer met veranderen, bijvoorbeeld.
Het is juist de bedoeling om aan te sluiten bij initiatieven
die er al zijn in het zorgveld.
De focus ligt op initiatiefnemers die bereid zijn om hun ervaringen
te delen met anderen, andere instellingen, andere organisaties.
En daarin zullen ze met name de koplopers
een heel bijzondere rol geven,
omdat zij al heel ver zijn, en ook anderen kunnen helpen,
door middel van intervisie, door coaching,
om de beweging op gang te krijgen.
En wat dit programma mooi maakt,
is dat het juist een gezamenlijke en gelijkgerichte aanpak is,
gesteund door de landelijke partijen.
Dus niet verspreid,
niet gedifferentieerd en versnipperd over allerhande initiatieven.
Dank je wel. Lara, er wordt ook wel eens gezegd,
het is een cultuurverandering voor de zorg.
Zie je dat ook zo, zien jullie dat ook zo?
Ja, daar heb je gelijk in.
In de essentie is de transitie als deze een cultuurverandering,
en cultuur veranderen doe je niet zomaar,
daar is in principe jaren voor nodig.
Maar in de komende 2 jaar en 3,5 maanden die we nog hebben,
proberen we er alles aan te doen
om die cultuurverandering op gang te brengen.
Oké. Lara en Jan, dank je wel.
- Alsjeblieft.

(In de studio zit Marcel tegenover een vrouw.)

We zijn weer terug.
En we hebben de vijf lijnen of de vijf onderwerpen gezien.
Heel kort.
Bij elkaar ruim een kwartier, veel informatie.
Als er vragen over zijn, ik heb er al één of twee zinnen binnenkomen:
Chat ze naar ons, dan zullen we ze zo meteen behandelen,
want dan hebben we nog even tijd
om met de trekkers van alle lijnen bij de vragen stil te staan.
En om jullie de tijd te geven, om zo'n vraag te stellen,
praat ik ondertussen 10 minuten met Kirsten Veenstra.
Of 11 minuten, dat zullen we wel zien, zo nauw komt het ook niet.
Maar we willen het met jou even hebben
over het leren van uitkomsten.
Want als het gaat over het verzamelen van uitkomstinformatie
is een van de doelen die we in het filmpje van Ingrid zagen,
natuurlijk om patiënten en professionals te helpen,
bij 'Samen Beslissen' maar een van de andere doelen is,
om als beroepsgroep te kunnen leren van uitkomstinformatie.
Daar hebben jullie ervaring opgedaan.
Je bent van de Nederlandse Orthopedische Vereniging,
even een hele lange intro van mij, ik zal zo meteen een vraag stellen,
daar ben je voorzitter van de Commissie Kwaliteit.
En je bent natuurlijk zelf orthopedisch chirurg,
bij de Sint-Maarten-kliniek.
Er is een database, en daar is het mee begonnen
waar alle implantaten in zitten, kan je daar iets over vertellen?
Ja, dat is een van de meest goede uitvindingen,
denk ik, dat is onze LROI, we zijn er heel trots op.
Dat is een landelijke registratie orthopedische implantaten,
waarbij elk implantaat, op dit moment elke implantaat,
maar 15 jaar geleden zijn we begonnen met de heup en de knieën,
ingevoerd worden door de orthopedisch chirurg
die dat implantaat plaatst en daar worden alle gegevens over dat
implantaat, de operateur en een heel aantal patiëntengegevens ingevoerd.
In de afgelopen 15 jaar zijn die aantallen natuurlijk
in de database enorm gegroeid,
en dan praat je over 200.000 totale heupprotheses,
totale knieprotheses, en sinds recent ook schouders,
vingers, enkelprotheses.
Dus dat is een enorme collectie van waardevolle data.
Ik zag op de site 800.000 implantaten, in het totaal.
Enorm, hé.
We hebben ook bijna 100 procent vulling daarvan.
Dat is echt geweldig.
Je bedoelt, iedereen die een implantaat heeft,
zit er eigenlijk in?
- Ja, alles is traceerbaar,
op implantaatniveau en op patiëntniveau.
Om even een 'fast forward' in het verhaal,
jullie zijn een uitschieteranalyse gaan doen.
Misschien moet je even vertellen waarom en wat dat is.
In het begin hebben we het een uitschieteranalyse genoemd,
maar daar zat een soort oordeel aan
dus we noemen het nu een uitkomstenanalyse.
En ik wil je graag een slide laten zien om het toe te lichten,
hebben we die?
- Ja.
Wat je ziet, is het aantal totale knieprotheses
die geplaatst zijn in 5 jaar, tussen 2011 en 2015.
De x-as, dat zijn alle aantallen, en op de y-as, het percentage
dat gereviseerd is binnen een jaar na plaatsing.
Dus dat is natuurlijk heel vroeg.
En daar is een analyse over gegaan en we hebben als orthopeden gezegd:
Laten we nu eens uitzoeken, die 1 procent uitschieters
boven de 99e percentiel, waarom, welke vakgroepen zijn dat
en waarom is dat zo en laten we daar in die data duiken.
We hebben eerst toestemming gevraagd aan onze leden binnen de AOV,
mogen we die procedure doen, staan we daar achter?
Iedereen zei braaf, daar staan we achter.
Denkend, daar ben ik niet bij.
Maar goed, in de eerste ronde hebben we tien vakgroepen benaderd
met vijf uitschieters wegens een totale heup
die te vaak gereviseerd werd, binnen een jaar, en vijf vanwege de knie.
En hoe hebben jullie dat gedaan? Wat voor aanpak hadden jullie?
Hebben we daar ook nog een kort overzicht van?
Dat was niet zo makkelijk,
want in eerste instantie hebben we de data
die we als ondercommissie krijgen van de Commissie Kwaliteit,
die hebben we bekeken en die hebben we ook naar de vakgroep gestuurd.
Dus we wisten welke vakgroepen dat waren,
we hebben een begeleidende brief daarbij gedaan
en de brief is acht keer heen en weer gegaan,
omdat we niet wilden oordelen.
Ik weet niet of jullie een paar zinsneden in beeld hebben,
dat was echt heel belangrijk.
Laat gewoon zien hoe je resultaten opgebouwd zijn,
duik er zelf eens in en wil je het komen bespreken?
Dat is het volgende plaatje.
De kijkers thuis zien nu de procedure samengevat,
maar er is nog een plaatje waarin we wat quotes uit de brief hebben.
Ik kan me zo voorstellen, dat de toon, je zegt zelf,
de brief is vaak heen en weer gegaan:
Die komt heel nauw.
- Dat komt heel nauw.
We hebben ook gekozen voor een centrale plaats
om de vakgroepen te zien in Utrecht.
Je kon met de trein, dan was je er binnen 3 minuten,
of met de auto.
Alles om zo laagdrempelig mogelijk, zeg maar,
de vakgroepen die toch op hete kolen zaten, te ontvangen.
Kan je een of twee voorbeelden geven hoe dat in zijn werk ging?
Was er een vertegenwoordiger,
of een aantal van zijn vakgroep, die bij jullie langskwam?
De leukste vond ik, er kwam een ongelooflijk
chagrijnige orthopeed in zijn motorkleding
uit het zuiden van het land, binnen, strontchagrijnig,
einde van de werkdag, 'Moet ik hier ook nog zijn!'
We hebben soep en broodjes. dat is fijn.
Die had het gevoel, ik word op het matje geroepen?
Die dacht, ik werk me helemaal rot,
en die ging zitten.
En ik zeg, heb je naar die cijfers gekeken?
Ja. Oude cijfers. Dat gaat tussen 2011 en 2015.
Zij hadden natuurlijk zelf gezien dat het niet goed ging.
En, wat heb je dan gedaan? Je kon je het niet voorstellen.
Vanaf de OK tot en met de vonnisassistente
hadden ze alle stappen nagekeken waarom ze meer infecties hadden.
Maatregelen genomen, getoetst, gekeken,
en wij als kleine commissie keken de man aan en zeiden: Ja, geweldig.
Daar gaat het om.
Je data gebruiken, analyseren, en er iets mee doen.
Waanzinnig compliment.
Die man is met zo'n smile,
heeft hij onze kamer verlaten en is hij teruggegaan naar het zuiden.
Zo kan het ook.
- Ging het altijd zo?
Neen, de meeste mensen waren wel geschrokken
en dan gingen ze kijken, en dat 'lessons learned',
als ik terugkijk,
zien we een ontwikkeling naar subspecialisatie.
Als je te veel revisies hebt, we doen het met te veel mensen,
die doen het te weinig, dus laten we dat specialiseren.
Binnen je vakgroep dan?
- Ja.
Fusie-vakgroepen die ineens andere implantaten moesten gebruiken.
Dat moest eigenlijk de inwerkperiode zijn geweest.
Hadden dat niet beter kunnen doen?
Als je nieuwe maten krijgt, hoe werken we die mensen eigenlijk in?
En wat binnen de heupen heel belangrijk is,
dat is een nieuwe benadering, de anterieure benadering, van voren.
En daarvoor moet je ook vaak een ander implantaat gebruiken,
dat past beter.
Dat doe je echt een nieuwe operatietechniek
en een nieuw implantaat dat je niet kent,
en dat heeft ook geleid tot best een aantal complicaties.
Dus veel meer bewustwording, als we iets in onze praktijk veranderen,
hoe moeten we dan ook die implementatie beter doen?
Hiermee zeg je eigenlijk, dit hebben we geleerd van die uitschieters.
Dus wat er in die vakgroepen beter af anders kon,
waar ze mee aan de slag konden,
of vaak ook al waren, zoals in het eerste voorbeeld.
Je wilde daar nog iets aan toevoegen?
Het was heel leuk om te zien hoeveel praktijken bezig waren
met die data, ook al stappen hadden genomen,
ook alweer gekeken: Hebben onze stappen gewerkt?
Dat is het nadeel als je op vier à vijf jaar meet,
dan verandert er nog wel wat in zo'n praktijk.
Ik ben er eigenlijk wel enthousiast over geworden
en trots op onze beroepsgroep.
Er was een praktijk
die heeft drie artikelen geschreven over negatieve uitkomsten.
Dat is toch geweldig. Je ziet iets, het gaat niet goed.
Je analyseert en je publiceert het,
om te zorgen dat het een ander niet overkomt.
Ik denk dat het zo uiteindelijk zou moeten.
Hebben jullie wat dat betreft
een soort lerende cultuur met elkaar kunnen maken?
Ja, dat denk ik wel.
We hebben nu met 15 vakgroepen deze ervaring,
want we doen dit nu vier jaar, op verschillende onderwerpen.
Wat ik zelf het leukste vond, tegen mij zeiden ze wel, aardig,
maar dat het ook richting het bestuur van de NOV is gegaan.
We zijn gewoon blij hiermee,
het heeft eens aan het denken gezet
en we zien ook de verbeteringspotentie.
Oké, nu hebben we het over de LROI gehad,
de implantatendatabase, ik zeg het in mijn woorden,
vast te kort door de bocht.
We praten hier natuurlijk ook over PROMs:
Patiënt-gerapporteerde uitkomstsmaatregelen.
Zit dat er al in? Ik zag al wel iets op de site.
Wat kunnen jullie daar op dit moment mee?
Wij doen wel al langer aan PROMs.
Maar, die zitten ook gekoppeld aan de patiënt in de LROI,
die leveren de ziekenhuizen aan
maar de volledigheid van de PROMs, dat gaat natuurlijk over T0,
T1, en dan na een jaar nog een keertje,
die is groeiende, maar daar hebben we nog wel wensen over.
Daar moet nog veel meer in,
wil je daar echt stratificeren, en iets over zeggen.
Het is nu nog een grote bak van patiënten.
Of je nu op je 30e je heup krijgt, op je 80e,
daar kunnen we de verschillen niet uithalen.
Als je het hebt over toekomstmuziek, wat je net vroeg,
waar gaan we heen?
Ik zou heel graag meer PROMs willen, beter stratificeren,
zodat we ook echt kunnen zeggen in de spreekkamer:
'Patients like you, ...' etc.
Ik merkte even dat het geluid
weg was, maar ik ga ervan uit dat het thuis gehoord is.
Maar feitelijk zeg je dus, we willen meer PROM-data
zodat we, wat je net zelf zegt, patiënten die op mij lijken,
dat we daar naar kunnen kijken wat de mogelijke effecten
of gevolgen van een behandeling zijn voor mij.
Ja, we zijn vrij vroeg begonnen, met PROMs,
we hebben een keer gekeken, vragen we de goede dingen?
Doen we de goede dingen?
En daarin hebben wij als orthopeden ook geleerd van Hans Bart,
van de dialyse, dat wij soms te veel denken voor de patiënt
en dat we veel vaker aan de patiënt zouden moeten vragen:
Wat is belangrijk voor u?
En daarop de PROMs weer inschieten.
We gaan onze vragenlijst ook wat aanpassen,
meer vanuit de patiënt en iets minder vanuit de dokter.
Ik vat nog even samen, PROMs veranderen, aanpassen
of meer vanuit de patiënt, meer vanuit de dokter,
omdat ik niet zeker ben dat iedereen het gehoord heeft thuis.
Dank voor dit verhaal,
en de openheid die je geeft over hoe jullie het hebben aangepakt.
Heel graag gedaan.
- Dank je wel Kirsten Veenstra.
Wij gaan door naar de vragen die er zijn gekomen over de lijnen.
Daarvoor zal ik daar even naartoe lopen.

(Marcel staat op en loopt naar een ander deel van de studio.)

(Het logo van 'Uitkomstgerichte Zorg' verschijnt.)

(Marcel staat bij een beeldscherm. In het publiek zit Ingrid Maas.)

Ingrid, het is een hele lange. Zal ik hem gaan oplezen?
Oké, ik heb een vraag gekregen. Ik zal hem even bekijken.
Eigenlijk is volgens mij de vraag, hoe voorkomen we
dat er steeds opnieuw wordt gestart met het maken van uitkomstensets.
Er wordt bijvoorbeeld gezegd,
er zijn al uitkomstensets gemaakt in Nederland,
waar we heel tevreden over zijn.
Er is ICHOM, internationaal.
We gaan toch niet, lees ik hier, het weer allemaal opnieuw verzinnen?
Kan je daar iets over zeggen?
Het is zeker niet de bedoeling om het opnieuw te verzinnen
juist omdat we weten dat er al zoveel is,
is het de bedoeling dat we dat in beeld brengen
en dat we gaan proberen om daar een grote gemene deler uit te halen
waar landelijk draagvlak voor is.
En dat wordt dan de set die we uit gaan vragen.
We gaan kijken wat er al is, wat we daarvan kunnen gebruiken,
waar iedereen achter staat en dat overnemen.
Ik heb jou ook een keer het woord generieke PROM horen noemen.
Is het de bedoeling dat je bij alle aandoeningen,
de vraag is al het antwoord,
tot verschillende dingen komt of proberen jullie
daarmee iets overkoepelend of verbindend mee te vinden?
De PROMs, dat zijn de patiëntgerapporteerde uitkomsten,
een patiënt met een specifieke aandoening,
daar wil je natuurlijk ook heel specifiek vragen aan stellen
over hoe die leeft met de aandoeningen,
en wat die aandoeningen voor hem betekent.
Dan heb je aandoeningspecifieke PROMs nodig,
maar over alle aandoeningen heen
zijn er natuurlijk ook een zelfde soort vragen relevant
bij alle patiënten, bijvoorbeeld, hoe is je kwaliteit van leven.
Hoe ervaar je dat? Heb je bijvoorbeeld veel pijn?
Dat kan je aan alle patiënten vragen.
Daar kunnen we generieke PROMs voor ontwikkelen,
en dat is ook de bedoeling dat we met elkaar gaan kijken.
Welke vragenlijsten zouden we nu met z'n allen
daarvoor kunnen gebruiken, wat nu zijn er
verschillende vragenlijsten in omloop en het gevolg daarvan
kan bijvoorbeeld zijn dat de patiënt bij de ene specialist
de ene vragenlijst krijgt
en bij de andere specialist de andere vragenlijst.
Als we met z'n allen een vragenlijst afspreken
die we gaan gebruiken, dan hoeft die patiënt maar één keer in te vullen
en kunnen anderen ook gebruikmaken van de data uit die ene vragenlijst.
Dat zou dan het basisdeel zijn?
En dan per aandoening nog specifieke vragen toevoegen.
Ja.
- Oké, dank je wel.
Ik zie een vraag voor Josine en Evelien.
Jullie zitten daar, sorry. Hoi.
Dat 'Samen Beslissen' dat vindt natuurlijk plaats in de spreekkamer,
dat is vaak een besloten gesprek,
hoe kom je erachter dat het ook daadwerkelijk gebeurt.
Hoe borg je dat, is hier een vraag van iemand van het zorginstituut.
Ik weet niet of dat belangrijk is om te weten.

(Josine:)

Ja, hoe borg je het?
Ik denk dat we op heel veel verschillende manieren
binnen het programma 'Uitkomstgerichte Zorg'
en ook met de initiatieven die er al zijn in het land
gaan kijken hoe dat gaat.
Ik weet dat er al veel ziekenhuizen zijn
die bijvoorbeeld bij bepaalde een vakgroep echt meekijken
in het consult om vervolgens daarvan te kunnen leren
dus het is niet zozeer: Doe je het, ja of nee,
maar hoe kun je dat gesprek verbeteren
en daar kan je met het hele team veel van leren.
En op die manier, ja, verspreidt zich dat.
Je zegt, we willen een deel van die spreekkamer openen,
zodat we anderen kunnen meekijken om ervan te leren.
Ja, er zijn zorgverleners die daar heel erg voor openstaan
en die dat hebben toegelaten.
Er zijn kwaliteitsmensen van ziekenhuizen die het doen.
Er zijn patiëntenorganisaties die het doen
om daar feedback op te geven en daar samen van te leren.
De zorgverleners die dat gedaan hebben,
zijn er ook heel positief over.
Dat helpt ook weer hun collega's om over de drempel te stappen
want dat is wel een drempel, jazeker.
Dank je wel.
Vraag van Marjan Hoekstra, die is van jou, Jan.
Hoe wordt er gezorgd voor verbinding met andere landelijke programma's?
Dat gaat dan met name over dat 'Leren en Veranderen'.
Je hebt daar iets in het filmpje over gezegd,
mag kan je dat nog iets verder concretiseren?
Hoe gaan jullie dit doen?
We zullen dat uiteraard nog verder vormgeven,
maar we gaan eerst op zoek naar alle initiatieven
en netwerken en die goed op een rijtje krijgen,
gesprekken voeren met zeg maar, de trekkers van die netwerken,
en goed kijken waar ze staan, waar ze mee bezig zijn
en wat ook hun praktijkvoorbeelden zijn.
En wat inderdaad ook in het filmpje aan de orde kwam,
we zijn op zoek naar hoe we hen goed kunnen inzetten,
via dit soort bijeenkomsten, via een leerplatform,
via een ambassadeurs-, coachingachtige manier
om hen ook in andere ziekenhuizen, andere instellingen aan het werk
te zetten om daar ook enthousiaste mensen in beweging te krijgen.
Maar het is nog wel zoeken met elkaar,
hoe kunnen we dat op een goede manier doen,
en hoe is het ook voor de initiatieven en de netwerken
die er al zijn, interessant om hieraan bij te dragen.
Dus dat zal echt nog wel verder vorm en inhoud krijgen,
maar dat zit dus op een aantal pijlers, bijeenkomsten,
een netwerkplatform realiseren, coaching, ambassadeurs.
En ook zorgen dat de koplopers, handreikingen kunnen vullen
voor andere ziekenhuizen en instellingen,
hoe dit nu op te pakken.
Waar moet je starten?
Wat is een belangrijk aspect in de cultuur?
Dat gaf de vorige spreker ook aan.
We gaan er zeker ook voor zorgen dat ze goed worden ingezet.
Oké.
Misschien toch even een vraag van mij,
dat kan je natuurlijk vriendelijk en aardig allemaal doen.
Dat hoort misschien ook wel een beetje
bij 'Leren en Veranderen',
maar zie je ook momenten of fases waar je even
met de koppen tegen elkaar moet, om te zeggen, dit moeten we zo doen.
Of laten we nu even met z'n allen de schouders hieronder zetten.
Een beetje voorbij het inspireren.
Ik geloof wel dat je met inspireren een heel eind komt.
Je kan leren niet afdwingen.
Je kan voorwaarden creëren waarin geleerd wordt.
Dat klinkt misschien abstract.
Maar het is waar wel waar ik in geloof.
En ik denk ook op het moment waarbij er van de lijnen
concrete resultaten komen, vanuit lijn één,
als je afgesproken uitkomstsets hebt dan is dat waarmee je verder gaat
en waarmee je in principe de andere initiatieven
en netwerken zich aan zullen committeren.
Er zijn natuurlijk ook overlegvormen waarbij je kan zeggen,
jongens, dit is wat er nu staat, dit is wat besloten is,
hier gaan we mee verder.
Die vrijblijvendheid moet er wel uit.
Maar dat is niet waarmee we zullen starten,
want dan zet je de boel heel snel op slot.
Oké, dank. Amily.
ICT is ook wel een best taai en lastig onderwerp.
Er komt veel bij kijken.
Waar zou jij, je hebt het meteen verteld in je filmpje,
waar zie jij de grootste hobbel,
waarvan denk je, als we dat voor elkaar krijgen
als ons dat stukje lukt, dan hebben heel wat gewonnen.
Dat is een hele goeie vraag.
ICT is ook heel complex.
Er zijn heel veel facetten die daarbij komen kijken.
Aan de andere kant, we hebben bij alle sprekers gezien
dat die data en ICT heel belangrijk zijn
om uberhaupt in beweging te komen.
De grootste barrière is toch die standaardisatie en uniformering
dus dat we met elkaar eigenlijk over eens zijn, van wat we nu aan IT
randvoorwaardelijk met elkaar moeten regelen,
dat ook gaan regelen en uiteindelijk moeten dat, de zorgaanbieders,
zelf gaan doen en dan kom ik ook bij m'n buurman,
die moeten we inspireren om dat toch maar zelf te doen.
En als die barrière of die hobbel genomen is
en dat is wel waar lijn vier bij ondersteunt,
dan kunnen we echt met zijn allen die beweging realiseren.
Oké. Dank u.
Lydia, ik heb ook nog een vraag voor jou.
Anders is het ook niet gezellig.
Die gaat, je hebt aangegeven in het gesprek,
er kan al best veel, we willen dat vooral laten zien,
is het denkbaar dat je in die experimenten
en onderzoeken toch nog op barrières van het zorgstelsel,
wet en regelgeving, wat dan ook, stuit
of denk je echt dat het allemaal te vinden is binnen de kaders
die er nu door wetgeving en stelsels zijn gemaakt?
In deze lijn gaan we wel even uit van de kaders
die op dit moment bestaan en het kan best zo zijn
dat er toch nog aanpassingen nodig zijn,
maar dan hopen we dat naar boven te krijgen
door de experimenten en verdiepend onderzoek.
Dan moeten daarna het gesprek daarover voeren.
Maar we gaan nog wel even van die kaders uit.
Daar beginnen jullie te kijken?
- Ja.
Ik heb er nog eentje voor Evelien of Josine.
En dit gaat over 'Samen Beslissen', mooi, maar kunnen we ook,
gaan jullie ook leren op plekken waar het juist niet lukt.
Inspireren en elkaar voorbeelden geven, dat klinkt vaak positief,
dat is het ook, maar er zijn ook plekken waar het niet lukt.
Dat zou een vraag voor jullie allemaal kunnen zijn, overigens.
Gaan jullie daar ook mee aan de slag?
De plekken waar het eigenlijk niet lukt,
waar het niet van de grond komt en leren wat daar aan de hand is.
Ja.
Het is een vraag van Ria, van NFU.
Ria daagt ons even uit.
Bij lijn twee, voor alle verschillende activiteiten
gaan we ook inventariseren, wat er op dit moment al gebeurt
en wat er dus goed gaat en minder goed gaat.
We willen ook graag horen over de specifieke activiteiten
van wat mis je bijvoorbeeld of waar loop je tegenaan
en dan kunnen we kijken, kunnen we dat meenemen
in de ontwikkeling van nieuwe initiatieven.
We gaan patiëntmodules ontwikkelen, we gaan een training ontwikkelen
ook voor in de ziekenhuizen voor gezondheidsvaardigheden.
We willen heel graag horen, wat gaat er niet goed, wat kan er beter,
zodat we dat mee kunnen nemen in nieuwe initiatieven.
Dus meteen een oproep. Laat het ons weten.
Absoluut. Dank je wel.
Dank je wel allemaal,
dit rondt het deel over deze onderwerpen in het programma af.
We gaan zo meteen naar een pauze en ik vertel alvast dat we nadien
in groepjes uiteen gaan en dan gaan jullie samen in groepjes van vier,
hier in de studio ook, doorpraten over het landelijke congres
dat volgend jaar voorzien is, en misschien uberhaupt ook
over hoe we de beweging
'Uitkomstgerichte Zorg' verder kunnen vergroten.
Dat leg ik allemaal uit na de pauze.
Weer 10 minuten pauze.
Kijk even op het klokje op je scherm, 10 minuten erbij optellen,
en dan zien we elkaar dan weer terug. Tot zo.

(Op een witte achtergrond verschijnt het logo van 'Uitkomstgerichte Zorg'.)